Bronchoscopie

Bij dit onderzoek kijkt de arts in de luchtwegen (bronchiën). Het onderzoek wordt gedaan met een bronchoscoop. Dit is een dunne, buigzame slang die via de mond of neus in de luchtwegen wordt geschoven. Uw luchtwegen zijn 4 keer zo ruim als de grootste diameter van een bronchoscoop. U kunt dus tijdens het onderzoek gewoon door ademen. De voorbereiding het onderzoek en de nazorg nemen ongeveer 2 uren in beslag.

Voorbereiding

Voor het onderzoek moet u nuchter zijn. Dat betekent dat u 8 uren voor het onderzoek niets meer mag eten en 4 uren voor het onderzoek niets meer mag drinken. Gebruikt u ‘s ochtends medicijnen? Dan mag u die gewoon nemen behalve als de arts anders met u heeft afgesproken. Bij het innemen van tabletten en bij het tanden poetsen mag u een klein slokje water nemen. Als het onderzoek ’s middags is mag u vooraf ‘s morgens een licht ontbijt nemen, bijvoorbeeld een kopje thee met een beschuit. Om het onderzoek goed en vlot te laten verlopen, verzoeken wij familie en/of begeleiders tijdens het onderzoek in de wachtruimte plaats te nemen.

Het onderzoek

Voor het onderzoek verdooft de arts of laborant uw keel. Dit is nodig om de hoestprikkel weg te nemen. Het verdoven gebeurt in twee fasen via vernevelen en/of sprayen. Bij het vernevelen inhaleert u verdovingsvloeistof met een soort ‘pijpje’. Dit duurt ongeveer 15 minuten. Daarna verdooft de arts of laborant uw mond en keel enkele malen met een verdovingsspray. Deze spray veroorzaakt een dik, stijf gevoel in de keel. Ook kunt u het gevoel hebben dat het slikken moeilijker gaat. De spray heeft een bittere smaak. Het verdoven duurt in totaal ongeveer drie kwartier.

Het inbrengen van de bronchoscoop

In de observatieruimte waar de bronchoscopie plaatsvindt neemt u plaats op een behandeltafel of stoel. U krijgt een apparaatje aan uw vinger, waarmee tijdens het onderzoek uw zuurstofgehalte in de gaten wordt gehouden en een bloeddrukmeter om de bovenarm. Het kan zijn dat u tijdens het onderzoek wat extra zuurstof toegediend krijgt via een sponsje of ‘zuurstofbrilletje’ in de neus. Hier hoeft u niet van te schrikken, het dient alleen om het onderzoek zo min mogelijk belastend voor u te maken. De arts brengt nu de bronchoscoop via uw mond of neus en keel naar de luchtwegen. Dit kan even een benauwd gevoel geven. Maar uw luchtwegen zijn vier keer zo ruim als de grootste diameter van de bronchoscoop. U kunt tijdens het onderzoek dus gewoon door ademen. Sommige delen van de luchtwegen zijn vooraf moeilijk te verdoven. Uw arts kan die plekken tijdens het onderzoek via de scoop bijverdoven. Zo hebt u zo min mogelijk last van hoesten.

Biopt en kweek

De arts bekijkt met behulp van een lampje aan het eind van de bronchoscoop de binnenkant van uw luchtwegen. Als u wilt, kunt u via een beeldscherm meekijken. Soms wordt er tijdens het onderzoek via de bronchoscoop wat slijm afgezogen (kweek) of een klein stukje weefsel (biopt) weggenomen voor microscopisch onderzoek. Hier voelt u niets van. Als er een biopt genomen is kan het zijn dat u wat bloed zult ophoesten. Dit is minimaal en ongevaarlijk.

De uitslag

De uitslag van de bronchoscopie hoort u van de behandelend arts meteen na het onderzoek en eventueel bij uw volgend bezoek.